WaddenWandelen  

Maandag 14-06-2021. Zonnig, later wat sluierwolken, 20 graden. 18 km.

Proloog.

Dit keer heel iets anders. We starten met het WaddenWandelen op het eiland Vlieland. Misschien dat we later Texel ook nog eens aandoen, maar het Texelpad ligt ons nog te vers in het geheugen. Gisteren zijn we in Winsum op de trein gestapt en met overstaps in Groningen en Leeuwarden in Harlingen-Haven er weer uit. Daar zijn we nog ruim op tijd om in de haven op een terrasje een kop koffie te nemen. Tijdens het wachten voor het inschepen zien we een zeekapitein zijn coaster behendig door de niet al te ruime havenmonding manoeuvreren.

Met de nodige corona maatregelen stappen we aan boord van de veerboot Vlieland, die ons in ruim anderhalf uur naar het gelijknamige eiland weet te brengen. We zitten boven op het dek, ook omdat wij deze route helemaal niet kennen. Onderweg komen we een grote parade van zeiljachten, 2- en 3-masters en veerponten tegen, die allemaal richting Harlingen varen. Vlak voor we de Noordzee bereiken splitst de vaargeul zich. Naar rechts ligt de haven van West-Terschelling, maar wij varen nog even verder om rond een grote zandplaat te komen. Daarbij komen we overdwars op de Noordzee te liggen en dat merken we wel aan het deinen van de boot. Hoe zou dit bij een noordwesterstorm gaan?

Na een jachthaven te hebben gepasseerd komen we bij de haven van Oost-Vlieland. Dat suggereert dat er ook een West-Vlieland moet zijn, maar dat is in vorige eeuwen door de Noordzee verzwolgen. Er is nu nog maar 1 dorp op het eiland.  

We hijsen de rugzakken op de rug en wandelen buiten het dorp om naar camping de Lange Paal, ons onderkomen voor de komende dagen. We hebben hier bewust voor gekozen, omdat onze zoon Hein dit aanbevolen heeft. Aan de oostkant had het ook gekund op camping Stortemelk, maar deze natuurkampeerplaats lijkt beter bij ons te passen. De Lange Paal van Staatsbosbeheer heeft ruime plekken verspreid over enkele grote velden en er staan alleen maar tenten. In een tijd dat alle campings overspoeld worden met campers en caravans is dit toch wel bijzonder. Overigens staan bij Stortemelk ook hoofdzakelijk tenten.

Vlieland: de westkant.

We starten vandaag met een stukje bos vlak naast de camping. Daarna krijgen we een stukje duin om vervolgens weer in een bos te duiken. We zien hoofdzakelijk vliegdennen, afgewisseld door een enkele hoge en kaarsrechte spar. In dit bos vooral ook veel lage groene vegetatie. Er is duidelijk wat ruimte gemaakt zodat de zon de bodem goed kan bereiken.

Onderweg komen we een gedenksteen tegen. Vlak achter dit duin is op 23 maart 1945 een bommenwerper neergestort, die onderweg was voor een wapendropping voor het verzet. Zes van de zeven bemanningsleden kwamen hierbij om. Als we uit het bos komen, lopen we langs de enige doorgaande weg richting het westelijke deel van het eiland. Vlak voor een bosrand slaan we af naar rechts om de bosrand te blijven volgen. Niemand te zien hier in deze uitgestrektheid.

We komen aan bij het voormalige postkantoor, het tegenwoordige hotel/restaurant “Het Posthuys”. Het is 10 uur en maandagochtend, maar we zien mensen op het terras zitten. Na het vermelden van naam en telefoonnummer mogen we een tafeltje uitzoeken en al snel zitten we aan de koffie met een appeltaart, warme cranberrysaus en slagroom.

Na deze aanvulling op ons lichte ontbijtje klimmen we de zeedijk weer op. Om even later naar links af te buigen, de Kroon’s Polders in. Dit gebied is bedacht door opzichter P. A. Kroon van Rijkswaterstaat en aangelegd tussen 1898 en 1934. Hoofddoel was te voorkomen dat het eiland bij een zware storm in tweeën zou breken. Door het aanleggen van 4 stuifdijken zijn 4 kleine polders ontstaan. Aanvankelijk was het de bedoeling om het als landbouwgrond te gebruiken, maar de bodem was te zout en te nat. Sinds de jaren 60 is het een natuurgebied. In de winter vaak overstroomd en ’s zomers grotendeels droog. Het heeft ook een zoutwaterinlaat waar we tijdens de wandeling overheen lopen. Door deze inlaat is een gebied ontstaan dat varieert van zoet aan de noordkant, via brak naar zout water. Dat geeft een interessante combinatie van fauna en flora op een relatief klein stukje grond.

Een extra dimensie wordt gegeven door de vele bloeiende duinroosjes en kamperfoelie die een sterke aangename geur uitscheiden. Via een fraai kronkelend pad komen we uit bij de kazerne van de Vliehors, waar in het verleden ook een cavalerieschietbaan was. In 1953 ontstond het Cavalerie Schietkamp (CSK) op Vlieland. Dit hing nauw samen met de invoering van de Centuriontank die zo ver schoot dat men er nergens anders in Nederland mee kon oefenen. De range werd afwisselend door het CSK en de luchtmacht gebruikt van 1956 tot 2004. Alleen de luchtmacht maakt nu nog gebruik van de zandplaat als schietterrein voor jachtvliegtuigen. 

De wandeling gaat verder over het strand in oostelijke richting. De zon schijnt uitbundig en we hebben ons goed ingesmeerd. Nadeel is wel dat het fijne zand ook overal op gaat zitten. We genieten van de ruimte en de rust. Alleen het geluid van de lange omslaande golven en het gekrijs van de meeuwen verstoren de stilte. Zo nu en dan oefenen hoog boven ons enkele straaljagers, maar dat mag niet veel naam hebben. We slenteren door een soort van opgedroogde bruine algen, die als wolkjes voor ons uitgeblazen worden.

Bij strandpaal 45.72 slaan we rechtsaf de duinen in. Via een lang slingerend duinpad komen we aan de noordkant van het bos waar we eerder ook ingelopen zijn. Kort daarna lopen we door de Vallei van het Veen. Inderdaad een vrij moerassig gebied, afgewisseld door iets hogere stukken waarop veel kleurige duinvegetatie en heide groeit. We zien ook opvallend veel witte- en rode duinroosjes bloeien. Even later zijn we weer op de kampeerplaats De Lange Paal. Na ons te hebben gedouched begeven we ons naar het dorp om een terrasje te pikken en daarna heerlijk te eten in Herberg Flieland.