Dag 47: 15 juni, Ribeauvillé-Aubure (15 km).

Via Ribeauvillé lopen we weer richting de heuvels van de Vogezen. We stoppen eerst bij een bakker/pattiserie voor een stevig ontbijt (een petit dejeuner). De wandeling van vandaag gaat helemaal door het bos. Het klimt wel maar we hebben er duidelijk steeds minder moeite mee, bovendien is het ook niet erg steil. We zijn gestart op 265 meter en na enkele uren zijn we bij de "Rocher du Koenigsstuhl" op 938 meter hoogte. Met veel fantasie zou je in deze rots een stoel kunnen zien, maar ik betwijfel of je Willem Alexander daar enthousiast mee kunt krijgen. 

Ondertussen is het gaan regenen, eerst zachtjes maar naarmate de tijd verstrijkt gaat het steeds harder. Er komen geen schuilplaatsen dus met het eten wordt het ook niks. Als Aubure opdoemt in de nevels zien we een volkomen uitgestorven dorp. We vinden met een omweg de camping waar we eerder op een paar meter afstand langs zijn gelopen. Er staan een paar verlaten tenten en verder is er niemand, de receptie is dicht. Het sanitair is wel open en ziet er op het eerste gezicht ook niet verkeerd uit. We staan onder een afdakje naar de regen te kijken en proberen te bedenken hoe we in hemelsnaam de tent een beetje droog op kunnen zetten. Bovendien gaf de thermometer in Ribeauvillé nog 20 graden aan en dat zijn er nu nog maar 12. Het is dus niet alleen nat maar ook nog eens koud.

We wikken en wegen en besluiten dan toch maar om te kijken of we iets drogers kunnen vinden. We gaan op zoek naar een bed and breakfast. Eigenlijk hoeven we niet eens lang te zoeken, want borden wijzen ons vanzelf de goede richting. We staan voor een Gite de France en bellen aan. Er komt uit het huis zelf geen reactie. Wel uit het huis ernaast. In de stromende regen komt een vrouw aangelopen die de beheerster van de Gite blijkt te zijn. Het is een aardig mens. We kunnen de poncho's wel onder de veranda ophangen om uit te laten lekken. Drogen is een groot woord.  

De vrouw brengt ons naar de zolderverdieping waar we echt aangenaam verrast worden door de zee van ruimte die we ter beschikking krijgen. Het appartement bestaat uit twee kamers met een aparte douche/toilet ruimte. We pakken niet veel uit, het is ook niet nodig want we hebben een opgemaakt bed en we kunnen hier ook geen eten koken. De beheerster heeft ons een restaurantje op een 100 meter afstand aanbevolen. Na een dutje gaan we kijken of de vrouw ons een goed advies heeft gegeven. 

De vrouw vertelt ons dat ze gisteren ook al een Nederlands echtpaar te logeren had. Door deze uitspraak vermoeden we dat Paul en Margo een dag voor ons uitlopen. We hebben ze sinds Abreschviller niet meer gezien.

Als we beneden komen zien we dat de poncho's nu binnen hangen! Het doet ons goed om te zien dat er zo zorgzaam met onze spullen wordt omgegaan. De regen is inmiddels gestopt, wat resteert zijn naargeestig laaghangende wolken waardoor we het bezoek aan het behaaglijk warme restaurant "Hirondelles" (Zwaluwen) nog eens extra waarderen. De pizza die we geserveerd krijgen is echt de moeite waard om hier te vermelden.

Als we weer terug zijn in de Gite praten we nog wat na en blikken terug op onze wandeling aan de hand van de foto's. We hebben al best veel meegemaakt.