Etappe
13: Vorden - Kilder (35 km).
Woensdag 7 juni 2006.
Zwager (broer) Ronald zet ons af vlak bij kasteel Vorden en beginnen we aan het tweede boekje.
Na 10 km lopen gaan we op zoek naar een bankje. Dat is niet makkelijk. Er zijn geen bankjes.
We besluiten om iedereen van het eerste het beste bankje af te slaan als we er een tegen komen. Na weer 5 km blijkt het besluit toch niet te werken. Noodgedwongen verorberen we de lunch zittend tegen de rugzakken.
![]() |
|
Het pad loopt meestal ruim om boerderijen heen, maar bij het gehucht Linde lijkt het pad dwars door een boerderij heen te lopen. We lopen recht op de voordeur af. We aarzelen en gelijk slaat de boer aan. We hadden de hond verwacht, maar van diverse kanten worden we aangespoord om toch maar door te lopen en over het erf achter de boerderij het pad weer te vervolgen. Als we om kijken staan er inderdaad piepkleine rood-witte streepjes op een paal.
Na 18 km zijn we in het idyllische Zelhem waar de cappuccino weer klaar staat. Met de uitbater hebben we een hele discussie over roken in eetgelegenheden. De eindconclusie is: roken in een café moet kunnen, roken in een restaurant niet. Tja en roken in een eetcafe dan? We hebben tot aan Maastricht om daar over na te denken.
![]() |
|
Na weer 8 km zitten we in Doetinchem aan de pizza. We komen de rest van de dag geen restaurant meer tegen dus we kiezen voor safe. Onthoudt echter dit adres: Pizzeria, Grutstraat 17 en ga daar nooit naar toe. Oranje gezind zijn ze in ieder geval wel in Doetinchem, althans wat de voorliefde voor voetbal betreft. Het doet ons soms gewoon zeer aan de ogen. Om 18.15 uur lopen we Doetinchem weer uit richting recreatiepark “Stroombroek”.
Het einddoel voor vandaag is het gehucht “Kilder” vlak bij Zeddam. De zon is nog warm en er is geen wind, een heerlijke avond om te wandelen. De mini-camping is echt mini. Alleen toegestaan voor Pieterpadlopers en dan ook nog zonder kinderen. We zijn de enige gasten.
Volgens een boekje dat er ligt zijn wij de 9e bezoekers van 2006 en de derde van de maand juni. De vrouw des huizes trakteert ons direct na aankomst op een kop warme koffie. We zetten de tent op onder een heerlijk geurende acaciaboom.Achter ons is de klim voor de volgende dag al te zien, een glooiende akker die omhoog loopt tot in een donkere bosrand. In een soort serre kunnen we ontspannen zitten. We doen dat dan ook tot na zonsondergang met een stevig glas wijn.