Etappe 5: Nieuwegein - Culemborg

Zaterdag 16 feb 2013 (16 km)

De bus brengt ons van het Centraal Station van Utrecht tot aan de Blauwe Brug in Nieuwegein. Het beginpunt wordt vandaag het Amsterdam-Rijn kanaal ter hoogte van de Plofsluizen. We moeten het doen met een wat mistige en grijze dag met soms een waterig zonnetje. De Plofsluizen zijn het eerst grote werk in de Waterlinie dat we vandaag tegenkomen.

Grote betonnen bakken met 40.000 ton stortmateriaal konden na het ontsteken van springladingen in een paar seconden het hele Amsterdam-Rijnkanaal afsluiten. Doel hiervan was het snel laten stijgen van de waterstand ten behoeve van de inundaties ten zuiden van Utrecht. De bouw startte in 1937 en was bij de Duitse inval in mei 1940 nog niet gereed om te gebruiken, dus uiteindelijk is de sluis nooit gebruikt. 

Na een tijdje bereiken we het zompige pad langs de Schalkwijkse Wetering, een speciaal voor de inundatie van het gebied rond Jutphaas gegraven kanaal. Bij de Rode Molen, die er niet staat, is het allemaal blubber en dat valt uiteindelijk ook goed te zien aan onze kleding. 

We maken een tussenstop in Tull en ’t Waal, waar we een reisgenote oppikken. Door deze routeafwijking komen we vlak langs het onbegroeide Werk aan de Waalse Wetering. Met 108 soldaten en een 10-tal stuks geschut moest het niet te inunderen land boven de Waalse Wetering verdedigd worden.

Iets zuidelijker nog een zwakke plek in de verdediging. Er staan op korte afstand maar liefst 3 verdedigingswerken: als eerste het Werk aan de Korte Uitweg, dan Lunet aan de Snel en aan de rand van de Lek, het grote fort Honswijk. Een uniek element is de zogeheten “gedekte gemeenschapsweg”, een ondergrondse verbinding tussen de forten. Het is de enige nog intacte overdekte weg in de hele Waterlinie. Bijzonder dus.  

We lopen een stukje over de gemeenschapsweg en kunnen ons goed voorstellen dat hier soldaten oefenden en tegelijk ook van het uitzicht konden genieten. De huizen die er nu staan zullen er destijds wel niet gestaan hebben, vanwege het gewenste vrije schootsveld en de inundaties. Tot 1950 bestond er de Kringenwet, waarmee wettelijk was vastgelegd dat er tot 1 km rond de forten en werken geen stenen gebouwen mochten staan. In tijden van oorlog moest een vrij schootsveld vanuit de forten gegarandeerd zijn.

We lopen nu verder langs de Lek. Er is bijna geen scheepsvaart op deze rivier, zou het komen omdat het weekend is of zijn er ergens gesloten sluizen? Het Werk aan de Groene Weg lopen we aanvankelijk zonder het te herkennen al kwebbelend voorbij. Geattendeerd door het boekje kunnen we terugkijkend zien dat de oneffenheden in het landschap aarden wallen en loopgraven voorstellen. Als onderdeel van de linie gebouwd in WO-I en verder uitgebouwd vlak voor WO-II. We lopen de dijk af door de Steenwaard, een natuurontwikkelingsproject. 

Als we onder de spoorbrug doorlopen zien we de pont die ons in Culemborg gaat brengen.

Stad Culemborg (1318) is een onverwachte verrassing, zowel door de architectuur als ook de gezellige sfeer die er heerst. Een oude stad met een behoorlijke geschiedenis. Tot mijn grote genoegen staan we ineens voor een heuse middeleeuwse stadspoort. Een van de zes poorten die er destijds geweest moeten zijn. Het stadhuis stamt uit 1534 en in een van de hoeknissen in de voorgevel (ook wel een “ kaak” genoemd), werden veroordeelden aan het publiek tentoongesteld. Weer een spreekwoord verklaart.

Nederland heeft veel verborgen schatten. Telkens weer bijzonder om zomaar weer zo’n pareltje te ontdekken. Na een lekkere bak koffie in een donker restaurantje op de markt eindigt hier de tocht van vandaag.