Dag 27: 26 mei, Rombas-Plappeville (27.2 km).

We staan weer op tijd op. Het is zonnig en direct al warm. Gelukkig kunnen we vandaag de rugzakken achterlaten in de tent dus het moet te doen zijn. We combineren de boulangerie en de bus door met de aangeschafte broodjes ook gelijk wisselgeld voor de bus te hebben. Buslijn 50 naar Rombas is precies op tijd en brengt ons in ruim 3 kwartier naar de patisserie waar we gisteren het bijltje er bij neergegooid hebben. We nemen eerst weer koffie.

We hebben afgelopen nacht goed geslapen en de energie is weer terug. Als eerste moet er een berg worden beklommen van 374 meter hoog. Er boven op staat nog een hoge toren. Ina heeft het niet zo met hoge torentjes en de trappen die erbij horen, dus zij blijft beneden. Het uitzicht is echter zeer de moeite waard. Half Lotharingen is hier vandaan te zien. 

De volgende uren lopen we door lange bospaden. Om de zoveel meter zijn er oude grenspalen te zien sommige zelfs met een Malteser Kruis. 

Het is moeilijk voor te stellen dat het land vroeger zo versnippert is geweest in allerlei deelstaatjes. Zullen ooit de Europese grenzen ook op deze manier verdwijnen? In Ternel wijken we af van de route voor een kop koffie. Het is ook tijd voor de lunch, misschien kunnen we het combineren. Helaas heeft de barman alleen koffie, maar hij heeft nog wel wat in zijn eigen keuken. Even later komt hij met twee reusachtige baguettes met jambon (stokbrood met ham dus).

Bij ons vertrek vragen we nog om wat drinkwater voor de fles, maar niets is de man teveel. We krijgen een grote 1½ liter fles ijskoud bronwater mee (neem maar mee). De temperatuur is nu 30 graden geworden en dat is ook wel te merken. Geen kip meer op straat en we moeten het zelf nu ook kalmpjes aan doen. 

Gelukkig gaat er weer een flink stuk door het bos. We lopen midden in de Franse Maginot-Linie maar ik heb er nog niets van kunnen vinden totdat ik toevallig achterom kijk en een verscholen gebouw zie staan. 

Het gebouw dateert uit 1890 dus na de Frans Duitse oorlog in 1870-71. In die tijd rezen de fortificaties als paddenstoelen uit de grond. Uit deze periode resteren nog veel monumenten, helaas zijn er nog vele gekwalificeerd als "Terrain Militaire".

We zijn bijna in Plappeville als de lucht snel begint te betrekken. Een dreigend rolwolk gaat aan de bui vooraf, het flitst en dondert er direct achteraan. We moeten ergens schuilen. Het tafereel wat nu ontstaat zou zo een opname uit "Peking Expres" kunnen zijn. Ik ren langs de straat om te kijken of er iets open is. Het begint nu echt flink te druppen. Een vrouw rent naar haar auto met Ina in haar kielzog. Aanvankelijk begrijpt de verbijsterde vrouw niet wat de bedoeling is. Maar gelukkig is ze snel van begrip en ook ik vlucht de auto in. Alles beslaat direct, maar ondanks dat rijdt de vrouw toch weg. Terwijl de daverende knallen tot in de auto zijn te horen brengt de dame ons netjes naar de camping.  We nemen afscheid waarna we van boom tot boom richting de tent hollen. Terwijl ik onder een boom blijf wachten rent Ina een klein blokhutje in dat aan het begin van de camping staat. Naast Ina komt een man te staan, een Duitser. Na enige tijd vraagt hij of Ina ook op de bus staat te wachten. Niet alle Duitsers zijn even snugger.

Als het weer droog is eten we in het oude centrum bij het Pakistaanse restaurant Shalimar.